De gemeente is niet van plan om het onkruid in Amersfoort weer met gif te bestrijden. De VVD had daar vragen over gesteld omdat het onderzoeks- en adviesbureau IVAM uit Amsterdam in een eindrapport concludeerde dat gemeenten beter gif zouden kunnen gebruiken in plaats van niet-chemische technieken zoals branden, borstelen, hete lucht en heet water. Het gebruik van gif zou zelfs beter voor het milieu zijn.

 

In 2000 ging de gemeente Amersfoort over van chemische onkruidbestrijding naar mechanische bestrijding. De gemeente wilde voorkomen dat veel gifstoffen die worden gebruikt in het oppervlaktewater terecht zouden komen. Omdat er nog geen wettelijk verbod bestaat op het gebruik van chemische middelen, mag iedere gemeente haar eigen aanpak bepalen. Acht gemeenten op de Utrechtse Heuvelrug – waaronder Amersfoort – hebben op 27 januari 2010 een afspraak gemaakt over de bescherming van het grondwater en de drinkwatervoorzieningen in dit gebied. In het convenant dat werd afgesloten met twee waterschappen, het waterleidingbedrijf en de provincie staat onder andere dat chemische onkruidbestrijdingsmiddelen niet meer wordt toegepast.
VVD-raadslid Kraanen stelde het college van B & W vragen over het rapport van het IVAM. ,,Want let wel, het hete water dat gebruikt wordt ten behoeve van onkruidbestrijding dient verwarmd te worden en dit kost energie (C02 uitstoot). Borstels slijten en deze worden machinaal vervaardigd en dat kost ook energie. De afgesleten borstels belanden in het milieu en moeten afgebroken worden door datzelfde milieu. De karretjes die rondrijden op dit uit te voeren verbruiken ook energie.”
In antwoord op de vragen erkent het college dat mechanische onkruidbestrijding negatieve consequenties heeft voor het milieu, maar volgens B en W wegen deze minder zwaar dan de gevolgen van gif. ,,Gifvrij onkruidbeheer houdt meer en beter rekening met kwetsbare bevolkingsgroepen – denk aan kinderen – en de bescherming van flora en fauna in het oppervlaktewater’, vinden B en W. Volgens het college komt het ‘gif’ – glyfosaat – namelijk altijd in het milieu terecht. En omdat driekwart van Amersfoort geen gescheiden rioolstelsel heeft, gaat het grootste deel van het regenwater direct naar het oppervlaktewater. Als er dan gif zou worden gebruikt, zou 95 procent daarvan in het het oppervlaktewater, de bodem en het grondwater terechtkomen. Volgens het college heeft het IVAM er ook geen rekening mee gehouden dat er veel geld moet worden uitgegeven aan aanvullende zuivering om het gif – glyfosaat -aan het water te onttrekken. ‘Voor een veilige drinkwatervoorziening is een chemievrije onkruidbestrijding op verhardingen nog steeds de beste keuze’, vindt het college. ,,Bovendien is dit strijdig met de afspraken uit het convenant en de lopende contracten van het wijkonderhoud.” Het college zegt verder op de hoogte te zijn van klachten van burgers over de ‘welige groei’ van onkruid in de stad. Via het Meldpunt Woonomgeving worden meldingen gedaan over het onderhoud van de openbare ruimte. Dat is volgens het college ook een gevolg van de bezuinigingen waarbij is afgesproken dat ‘de stad veilig en heel, maar er minder schoon zal uit zien’. ,,Bovendien laat de zomer ieder jaar een piek zien in de groei van onkruid.”

Bron: Stad Amersfoort, John Spijkerman