Vanmiddag neemt Marlies Bartels, een bekend gezicht in onze wijk, afscheid van haar Soesterkwartier. Jarenlang was zij hier, maar ook elders in de stad, actief als sociaal werker. Eerst voor de Stichting Welzijn Amersfoort, later Welzin. Ze kijkt met heel veel dankbaarheid terug op haar werk.
“Dank je wel, Soesterkwartier,” dat zijn haar laatste woorden van het gesprek dat de Redactie met haar heeft. Ze heeft ontzettend veel geleerd, zegt ze. Marlies ziet de veranderingen in de wijk, maar ze ziet ook de enorme veerkracht: “Daar kunnen veel wijken in Amersfoort een voorbeeld aan nemen.” Door het verdwijnen van de buurthuizen en nogal wat winkels ontstaat het gevaar dat de laagdrempelige ontmoetingsmogelijkheden verschralen. Sociaal isolement ligt dan op de loer. Aan de andere kant ontstaan er weer allerlei nieuwe initiatieven, die de levenslust en saamhorigheid van het Soesterkwartier laten zien.
In tegenstelling tot wat velen denken is Marlies Bartels geen geboren Amersfoortse, en ze woont ook niet in onze stad. Ze is geboren in Nijmegen, opgegroeid in Roermond en woont tegenwoordig in Utrecht.
Ze begon in 1994 in De Schakel, ,een buurthuis dat (tot verdriet van velen) allang is afgebroken . Ze begon als ouderenwerkster en was pandcoördinator, en deed onder andere de begrotingen van twee buurthuizen.(De Schakel en de Adelaar) Deze twee buurthuizen verdwenen, en gingen korte tijd nog op in wijkcentrum De Tandem en een deel van de St. Henricuskerk.
Het verdwijnen van die buurthuizen ziet zij wel als een gemis, maar Marlies ervaart steeds weer dat er enorm veel potentie zit in de wijkbewoners, dat er veel gebeurt op het gebied van vrijwilligerswerk en dat er veel zelf wordt georganiseerd. Marlies werkte na die eerste jaren in het Soesterkwartier onder meer in Hoogland, Nieuwland en Kattenbroek. “Dat zijn totaal andere wijken met een heel eigen sfeer, maar ook daar is het mij gelukt om leuke dingen van de grond te krijgen. Bewoners hebben bijvoorbeeld Marokkaanse en Indonesische kooklessen gegeven en sieradenworkshops .
Tussendoor heeft nog een jaar bij Vrouw en Kindcentrum Deadia gewerkt, en kinderwerk gedaan in Randenbroek/Schuilenburg gedaan en uiteindelijk is ze weer terug gekeerd naar het Soesterkwartier. “Eén van de mooiste herinneringen is toch wel de midweek voor ouderen. Dat was in eerste instantie bedoeld voor mensen die bijna nooit op vakantie gaan. We gingen dan met een mannetje of veertig een midweek naar een Nivonhuis, ergens in het land. Klinkt saai, met een groep ouderen naar een huis in het bos, maar ik heb zelden zoveel gelachen als daar. We sliepen die eerste jaren in stapelbedden, en er werd ontzettend gekeet. Er werd aan theater gedaan, we deden klompendansen en zongen liedjes – en we lachten wat af.”
Met de werkgroep 50 + zamelden we geld in bijvoorbeeld via een loterij, zodat het voor iedereen betaalbaar was. Een zoon van een van de deelnemers kookte. Het was echt een gezellige week.. Het was vooral goed om mensen even uit dat oud-zijn te krijgen.”
“Soesterkwartierders zijn een leuk, eigenzinnig volkje, in de goede zin van het woord. Het is echt een dorp in een stad. Zij laten zich zelden iets van bovenaf opleggen, maar er is wel heel veel saamhorigheid. Natuurlijk worden er, zoals overal, ook in deze wijk mensen buitengesloten,(helaas) maar over het algemeen staat men wel voor elkaar klaar. Het is een warme deken om je heen , zei iemand pas, en dat vind ik een mooie omschrijving.”
Marlies ziet de nieuwe ontwikkelingen in de wijk als heel positief. De plannen rond de Emmaüskerk, waar het Leger des Heils waarschijnlijk een aantal dagdelen een huiskamer gaat maken , de ontwikkelingen rond KVVA en de Nieuwe Sleutel – het zijn allemaal zaken die de wijk nieuw elan geven.
Marlies ziet de nieuwe ontwikkelingen in de wijk als heel positief. De plannen rond de Emmaüskerk, waar het Leger des Heils zich vestigt, de ontwikkelingen rond KVVA en de Nieuwe Sleutel – het zijn allemaal zaken die de wijk nieuw elan geven.
Ze heeft nog geen plannen voor de toekomst. “Eerst lekker uitrusten,” zegt ze. “Ik heb een volkstuin die ik wat verwaarloosd heb, en ik ga veel wandelen met vrienden. Ik zou wel eens naar Rusland of Afrika willen, maar daar heb ik nog geen concrete plannen voor.”
Ze zal het werk in de wijk vreselijk missen, zegt ze. “Wat ik heel mooi vind aan dit werk, is om mensen in beweging te krijgen, dat ze aan de gang gaan met hun talenten en hun passie volgen. Dat heb ik zelf ook gedaan. Ik heb als sociaal werker ook dingen gedaan die mij minder lagen, zoals kinderwerk, maar het werken met mensen is wel mijn passie. Het is mooi om te zien dat mensen elkaar ontmoeten en gebruik maken van hun kwaliteiten. Ik heb heel erg veel geleerd, veel mooie dingen gezien. Dank je wel, Soesterkwartier.”
Interview Sjaak Pols.
Mooi artikel. Dank je wel Marlies!